Laat de garnalen op een zeef uitlekken.
Verhit de boter in een pan, roer de bloem erdoor en laat die
in 3 minuten goudbruin worden.
Voeg al roerend de kippenbouillon toe en laat de saus 5
minuten koken.
Maak op smaak af met zout, peper en de witte wijn.
Roer de dooiers en de room in een beker door elkaar.
Neem de pan van het vuur en roer het room-eidooiermengsel door
de saus.
Verhit de saus bijna tot het kookpunt.
Spoel de dille af, dep het droog, snijd het fijn en meng het
door de saus.
Laat de garnalen tenslotte 3 minuten in de saus warm
worden.
Laat niet meer koken, anders schift de saus.
Dien het gerecht als volgt op.
Vul een omgespoeld kopje tot ongeveer 1/3 met
garnalenvlees.
Druk er korrelig gekookte, warme rijst op en keer het kopje op
een bord om.
Overgiet met de hete dillesaus.
Tip: In plaats van dille kunt u voor de saus elk gewenst kruid
gebruiken en het gerecht hiermee variëren.
Zonder kaas | Met kaas | Met bier | Kip met pesto | Vis zonder knoflook | Rundvlees met wijn | Vegetarisch met noten en kaas | Kip zonder knoflook |